Non intres in judicium cum servo tuo [10]
X.
Ps. CXLIII. 2.
Ga niet in 't gerichte met uwen knecht; want nie-
mant, die leeft, zal voor uw Aengezicht recht-
vaerdigh zyn.
Ga niet in 't gerichte met uwen knecht; want nie-
mant, die leeft, zal voor uw Aengezicht recht-
vaerdigh zyn.
AL worde ik, Heer, van uw gerechtigheit,
Rechtvaerdigh aengeklaegt, als die uw wetten
Vertreden hebbe, o Godt, begin geen pleit,
Met myne ziel! zy kan zich niet verzetten.
Och, teeken toch myn schult niet verder aen!
Gy kent, en ik erkenze. Ei, werp de veder,
(Want niemant kan voor uw gerecht bestaen)
Uit uwe hant, en voor uw' rechtbank neder!
Och, och, bezie myn ongeveinst berou!
Ik beef van vreeze; ik sidder voor uw roede.
Ik zwere u hier eene onverbreekbre trou.
Hoe slaet my 't hart! wat ben ik bang te moede!
Genaê, myn Godt, myn Rechter, ei, genaê!
Of hebt Gy zelf niet voor myn schult geleden?
Uw doot koom my in dit gevaer te staê!
Denk aen den stryt, dien Gy hebt doorgestreden;
Niet voor u zelf, want Gy waert zonder smet,
Maer voor den mensch, voor my, die hier boetvaerdigh
Geen vonnis naer de strengheit van uw wet,
Maer gunst verwachte uw dierbre kruisdoot waerdigh.
Rechtvaerdigh aengeklaegt, als die uw wetten
Vertreden hebbe, o Godt, begin geen pleit,
Met myne ziel! zy kan zich niet verzetten.
Och, teeken toch myn schult niet verder aen!
Gy kent, en ik erkenze. Ei, werp de veder,
(Want niemant kan voor uw gerecht bestaen)
Uit uwe hant, en voor uw' rechtbank neder!
Och, och, bezie myn ongeveinst berou!
Ik beef van vreeze; ik sidder voor uw roede.
Ik zwere u hier eene onverbreekbre trou.
Hoe slaet my 't hart! wat ben ik bang te moede!
Genaê, myn Godt, myn Rechter, ei, genaê!
Of hebt Gy zelf niet voor myn schult geleden?
Uw doot koom my in dit gevaer te staê!
Denk aen den stryt, dien Gy hebt doorgestreden;
Niet voor u zelf, want Gy waert zonder smet,
Maer voor den mensch, voor my, die hier boetvaerdigh
Geen vonnis naer de strengheit van uw wet,
Maer gunst verwachte uw dierbre kruisdoot waerdigh.
Translations
Literature
Sources and parallels
- Remake of image, not mirrored, in: Non intres in iudicium cum servo tuo [10] (in: Justus de Harduwijn, Goddelycke wenschen (1629)) [Compare]
- Compare Quarles, Emblems, divine and moral, embl. 3.10
References, across this site, to this page:
- Non intres in iudicium cum servo tuo [10] (in: Justus de Harduwijn, Goddelycke wenschen (1629))
Iconclass
The human soul, accompanied by a personification of Justice, pleading at the table of sacred love, represented as a judge- God's perfections [11A23]
- Christ and the Soul [11D51]
- devotion, piety; 'Divotione' (Ripa) [11Q0]
- Christ as (heavenly) judge - DD - Christ beardless (+ variant) [11DD3223(+0)]
- the ten commandments represented together on stone tablets [11L211]
- Justice, 'Justitia'; 'Giustitia divina' (Ripa) ~ one of the Four Cardinal Virtues [11M44]
- nimbus, halo ~ radiance emanating from persons or things [22C311]
- birds (+ wings of an animal) [25F3(+342)]
- index finger upwards [31A25551]
- hands folded with fingers knit - AA - female human figure [31AA25221]
- running [31A27112]
- blindfold - AA - female human figure [31AA3191]
- youth, adolescent [31D12]
- adolescent, young woman, maiden [31D13]
- interior of the house [41A2]
- table [41A711]
- shelves, rack, sideboard [41A712]
- container of textile material: bag, sack [41A777]
- instruments of torture, execution or punishment: scourge [44G321(SCOURGE)]
- hacking and thrusting weapons: sword [45C13(SWORD)]
- scales [46B3311]
- handwriting, writing as activity [49L11]
- book [49M32]
- book - MM - book open [49MM32]
- Mercy, Compassion; 'Compassione', 'Misericordia' (Ripa) (+ emblematical representation of concept) [57A75(+4)]
- the book of Psalms ~ non-biblical Christian motifs [71X1(Ps. 143:2)3]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(NON INTRES IN JUDICIUM CUM SERVO TUO)]