De Heer is naby alle, die hem aanroepen [37]
XXXVII.
De Heer is naby alle, die hem aanroepen.
Cōuertimini ad Dum Deum vestrum: quia benignus et misericors
est, patiens, et multæ misericordiæ, et præstabilis super malitia.
est, patiens, et multæ misericordiæ, et præstabilis super malitia.
Gods Liefde nood ter zaligheit.
Bekeert u tot den Heere uwen God: want hy is genadig, ende
Barmhartig, langmoedig, groot van goedertierent-
heit, en berouw hebbende over het kwade.
Barmhartig, langmoedig, groot van goedertierent-
heit, en berouw hebbende over het kwade.
XXXVII.
GEZANG.
Na de Wyze van het bekende Muzykstuk
Non, non, tu n'aima jamais rien insensible Bergêre &c.
NEen, neen: gy zult'er my dog niet henen mé leyden. bis
Neen, neen: my boeid geen helsen band, bis
Myn hulp is by der hand. bis
Beter laat als nimmer gescheyden,
Gods Liefde ontsteekt myn brand:
Zyn Engel tussen beyden,
Jaagt u af met schand.
Neen, neen, gy zult'er my dog niet henen mé leyden.
Neen, neen, my houd geen helsen band.
Myn hulp is by der hand.
Neen, hoe dat gy dreygt, en nog waand, dat gy zult triomfeeren.
Ik schuw de roe van 't hels verdriet:
O slang! gy wind my niet.
Neen te lieflyk roept ons de Heere:
Ik eer zyn hoog gebied.
Tot hem wil ik my keeren,
Die myn lyden ziet.
Neen, hoe dat gy dreygt, en nog waand dat gy zult triomfeeren.
Ik ken de plaag van uw verdriet,
O Slang gy wind my niet.
Neen, neen, uit Gods roede, en zyn kruis hier op aard, ryst ons leven.
Neen, neen, wie hier ook tegens woed
Ik oog op 't hoogste goed.
'T Lam Gods, dat uw magt heeft verdreven
O plaag van 't stil gemoed!
Is zelf hier door verheven,
Ik volg op dien voet
Neen, neen, uit Gods roede, en zyn kruis hier op aard, ryst ons leven.
Neen, neen, wie hier ook tegens woed
Ik oog op 't hoogste Goed.
Zie op het Lam, het zal u redden onvermoeit,
Hoe fel de vyand met der zonden band u boeid.
Na de Wyze van het bekende Muzykstuk
Non, non, tu n'aima jamais rien insensible Bergêre &c.
NEen, neen: gy zult'er my dog niet henen mé leyden. bis
Neen, neen: my boeid geen helsen band, bis
Myn hulp is by der hand. bis
Beter laat als nimmer gescheyden,
Gods Liefde ontsteekt myn brand:
Zyn Engel tussen beyden,
Jaagt u af met schand.
Neen, neen, gy zult'er my dog niet henen mé leyden.
Neen, neen, my houd geen helsen band.
Myn hulp is by der hand.
Neen, hoe dat gy dreygt, en nog waand, dat gy zult triomfeeren.
Ik schuw de roe van 't hels verdriet:
O slang! gy wind my niet.
Neen te lieflyk roept ons de Heere:
Ik eer zyn hoog gebied.
Tot hem wil ik my keeren,
Die myn lyden ziet.
Neen, hoe dat gy dreygt, en nog waand dat gy zult triomfeeren.
Ik ken de plaag van uw verdriet,
O Slang gy wind my niet.
Neen, neen, uit Gods roede, en zyn kruis hier op aard, ryst ons leven.
Neen, neen, wie hier ook tegens woed
Ik oog op 't hoogste goed.
'T Lam Gods, dat uw magt heeft verdreven
O plaag van 't stil gemoed!
Is zelf hier door verheven,
Ik volg op dien voet
Neen, neen, uit Gods roede, en zyn kruis hier op aard, ryst ons leven.
Neen, neen, wie hier ook tegens woed
Ik oog op 't hoogste Goed.
Zie op het Lam, het zal u redden onvermoeit,
Hoe fel de vyand met der zonden band u boeid.
TOEPASSING.
VRees niet, O Kristezielenschaar!
Al drukt op aarde uw Kruis en Lyden:
De alziende neemt uw zugten waar,
Als u de duivel komt bestryden.
Genaak tot God, en hy zal weer,
Roept gy hem aan, tot u genaken.
Waarom, waand gy, kwam Iesus neer,
Als om u eewig vry te maken.
Gy blyft van Satans list gered,
Zoo gy volhard in het gebed.
VRees niet, O Kristezielenschaar!
Al drukt op aarde uw Kruis en Lyden:
De alziende neemt uw zugten waar,
Als u de duivel komt bestryden.
Genaak tot God, en hy zal weer,
Roept gy hem aan, tot u genaken.
Waarom, waand gy, kwam Iesus neer,
Als om u eewig vry te maken.
Gy blyft van Satans list gered,
Zoo gy volhard in het gebed.
Translations
Literature
Sources and parallels
References, across this site, to this page:
No references to this emblem or page found.Iconclass
While a devil holds the sinner by a rope, St. John the Baptist points to the Lamb of God, God the Father speaks from heaven and an angel holds his hand above the sinner's head- God the Father as bearded old man, usually with crown or tiara or sceptre and/or globe [11C23]
- guardian angel [11G41]
- devils in purely fantasy shape [11K31]
- 'Conversione' (Ripa) [11Q10]
- man as sinner [11Q112]
- radiance emanating from persons or things [22C31]
- trees (+ bare plant) [25G3(+351)]
- mound, verge [25H1131]
- arm raised upward (+ blessing) [31A2511(+915)]
- arm raised upward (+ indicating, pointing at) [31A2511(+931)]
- hands with finger-tips against each other (+ beseeching) [31A25231(+917)]
- index finger and middle finger raised, closed [31A25561]
- the soul during lifetime [31G1]
- dress, gown (+ undressing, taking off clothes) [41D211(+6)]
- underclothes for the lower part of the body (with NAME) [41D2513(LOINCLOTH)]
- instruments of torture, execution or punishment: scourge [44G321(SCOURGE)]
- tools, aids, implements ~ crafts and industries: rope [47D8(ROPE)]
- other scenes from the book of Ezekiel not meant or mentioned above (with BOOK CHAPTER:VERSE) [71O97(Ez. 18:32)]
- the book of Psalms (with BOOK CHAPTER:VERSE) [71X1(Ps.36:3)]
- John the Baptist identifies Christ as the Lamb of God ('Ecce Agnus Dei') (John 1:29, 1:36) [73C113]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(NOLO MORTEM PECCATORIS, SED UT CONVERTATUR ET VIVAT)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(SPERA IN DOMINO ET FAC BONITATEM)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(ECCE AGNUS DEI, ECCE QUI TOLLIT PECCATUM MUNDI)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(DE HEER IS NABY ALLE, DIE HEM AANROEPEN)]