Branden’t [22]
Translations
Zo ’t ook brandde.
|
If it would burn.
|
Het Wierookvat, dat rijke kunstwerk: niets siert méér d’altaren.
Als zo’n kunstwerk vuur mag krijgen, pronkt het pas terecht. |
Censer5, so rich a work of art, nothing is more worthy of altars.
This work, made grander by flames as it should, is magnificent. |
Brandde ’t maar.
|
Ziet u het Wierookvat, eervol van uitzicht?
Maar brengt men er vuur in, dan wordt het een eerbiedwaardig voorwerp. |
Literature
- Henkel and Schöne, Emblemata, col. 335
Sources and parallels
References, across this site, to this page:
No references to this emblem or page found.Iconclass
A woman holding a censer; a man playing a lute for seven dancing women- censer [11Q71428]
- low hill country [25H114]
- farm or solitary house in landscape [25I3]
- adult man [31D14]
- adult woman [31D15]
- adult woman (+ seven persons) [31D15(+77)]
- fluttering lappet of vestment, 'Pneumazipfel' [41D271]
- group of women (folk dancing) (+ variant) [43C9422(+0)]
- lute, and special forms of lute, e.g.: theorbo - CC - out of doors [48CC7323]
- one person playing string instrument (plucked) - CC - out of doors [48CC7522]
- Presence (+ emblematical representation of concept) [51A4(+4):21C]
- Existence and Modes of Existence (+ emblematical representation of concept) [51AA4(+4):21C]
- (personifications and symbolic representations of) Love; 'Amore (secondo Seneca)' (Ripa) (+ emblematical representation of concept) [56F2(+4)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(SI ARDEAT)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(BRULAST IL)]
- proverbs, sayings, etc. (with TEXT) [86(BRANDEN'T)]
Comments
De plotselinge verdwijning van Cupido komt de interpretatie van de pictura flink bemoeilijken. In elk geval handelt het embleem over de afwezigheid van minne: hoe lieftallig en respectabel de geliefde
ook is, als ze van liefde brandt, dan pas wordt ze echt heerlijk. Deze toepassing is niet expliciet in de bijschriften gegeven, maar ze ligt voor de hand; ze wordt bovendien mede gesuggereerd door de voorstelling van een ’maagdendans’ op de
achtergrond van de plaat. Deze voorstelling contrasteert opvallend met de gemengde dans die op het achterplan van embleemprent XV (Zy leeft en doet oock leven [15]) staat afgebeeld: daar was precies een aspect van de wederkerige liefde aan de beurt. Of de zeven dansende maagden een symbolische
betekenis hebben (de zeven nymphen van de kuise Diana?), is niet zeker.
Als embleemstof komen het wierookvat en de wierook vrijwel steeds voor met een religieus gekleurde duiding (gebed, caritas,
etc.).1 In zijn Emblemata van 1616 neemt Hooft, onder een plaat met een brandend wierookvat, het distichon dat hij voor onze bundel schreef, licht
gewijzigd opnieuw op, maar dan als inzet van een epigram waarin tegen de ’wellustige’ liefde wordt gewaarschuwd: niet van
erotische wellust, maar van liefde tot de deugd moet de mens, als een wierookvat, branden.
Nobel, rijk is ’t wierookvat, en niets siert méér d’altaren:
als zo’n kunstwerk vuur mag krijgen, pronkt het pas terecht.
Zij die in zich slechts het vuur van dartle liefde dragen,
hun komt geen bevalligheid, maar bleekheid op ’t gezicht.
Maar hen bij wie de geest van liefde brandt tot zede’ en deugd,
hen sieren heilig voorkomen en vriendlijk aanschijn, godgelijk.2
als zo’n kunstwerk vuur mag krijgen, pronkt het pas terecht.
Zij die in zich slechts het vuur van dartle liefde dragen,
hun komt geen bevalligheid, maar bleekheid op ’t gezicht.
Maar hen bij wie de geest van liefde brandt tot zede’ en deugd,
hen sieren heilig voorkomen en vriendlijk aanschijn, godgelijk.2
De zinspeling op Ovidius’ ’Palleat omnis amans’ is duidelijk.3 Zou in het bijschrift van Hooft eenzelfde oproep tot de geliefde schuilgaan? Of glimlacht Plemp nog even over de Emblemata amatoria?
Een curiosum is, dat men in de 19e eeuw in dit embleem een hekeling van het wierookbranden in de Roomse kerk meende te onderkennen.4
Notes
Vgl. Henkel-Schöne, o.c., 335 met bronnenopgave.
Embl. XXIV. Vertaling van A. Welkenhuysen.
Vgl. onze commentaar bij embl. XXV (Niet aen ghevanghen [25]).
G. Heeringa, ’Invloed van de Renaissance op de godsdienstige en zedelijke denkbeelden van P.C. Hooft’, in Oud Holland, 17 (1899), 137.
Censer = a vessel that bears incense.