Daniël Heinsius, Quaeris quid sit Amor (c. 1601)
Table of contents ↑Ardo d’appresso, & da longhi mi struggo [4]
Twee vieren krencken my zeer swaerelick mijn sinnen
Het een niet verr’ van my/ het ander is van binnen/
Het gheen dat binnen is/ daer word’ ick van verbrandt
Het gheen dat buyten is/ dat helpt my oock van.cant/
Het gheen dat binnen is dat moet ick altijdt lyden/
Het gheen dat buiten is/ dat comt my oock bestryden
De helft is wel by my/ daer van ick gae te niet.
Dus lyd’ ick in mijn hert een vriendelick verdriet.
Het een niet verr’ van my/ het ander is van binnen/
Het gheen dat binnen is/ daer word’ ick van verbrandt
Het gheen dat buyten is/ dat helpt my oock van.cant/
Het gheen dat binnen is dat moet ick altijdt lyden/
Het gheen dat buiten is/ dat comt my oock bestryden
De helft is wel by my/ daer van ick gae te niet.
Dus lyd’ ick in mijn hert een vriendelick verdriet.
Translations
Van dichtbij brand ik, van veraf smelt ik |
When near I burn, when far I melt. |
Een fakkel dichtbij schroeit met zijn vuur, een ver verwijderde fakkel verteert. Zo verteert Amor mij van verre, en schroeit hij mij van dichtbij. |
A torch that is near singes, a torch that is far away melts. Thus Amor melts me when he is far away, and singes me when he is near. |
Sources and parallels
- Same emblem in 1608 edition: Ardo d’appresso, & da longhi mi struggo [4] (in: Daniël Heinsius, Emblemata amatoria (1607/8)) [Compare]
- Source for the motto: Petrarca, Canzoniere, poem. 194, 14
- A source for the motto and the entire emblem: Junius, Emblemata [web], embl. 40
- Parallel in the 1616 edition: motto, pictura and subcriptio are the same: Ardo d'appresso & da longhi mi struggo. [28] (in: Daniël Heinsius, Ambacht van Cupido, from: Nederduytsche poemata (1616)) [Compare]
References, across this site, to this page:
- Ardo d’appresso, & da longhi mi struggo [4] (in: Daniël Heinsius, Emblemata amatoria (1607/8))
- Ardo d'appresso & da longhi mi struggo. [28] (in: Daniël Heinsius, Ambacht van Cupido (1613))
- Ardo d'appresso & da longhi mi struggo. [28] (in: Daniël Heinsius, Ambacht van Cupido, from: Nederduytsche poemata (1616))