Jan Luyken, Jesus en de ziel (1685)

Table of contents ↑

← Content: PreviousContent: Next →

De Ziele betracht de Koninghlijcke regeringe Godts [33]


lu1685033pict

Back to top ↑
De Ziele betracht de Koninghlijcke regeringe Godts.
Den hoogen hemel is uw troon,
En d'aerde een voetbanck uwen voeten
Ja Koningh, wien alle Eng'len groeten,
U past den Scepter en den Kroon;
Gelijck in 't Rijck der Serafijnen,
Soo schoon oock in des menschen hert,
Wanneer dat uwen hemel wert,
Daer ghy als Koningh komt verschijnen;
Dan wordt het vleesch uw voetschabel,
En onderdanigh aen de krachten,
Die op des Konincks wencken wachten;
En vliegen op zijn hoogh bevel.
Dan worden d'uyterlijcke leden,
Een slaef van 't Koninghlijck gemoedt,
Dan wort de slangh in vleesch en bloedt,
Den gantschen dagh zijn kop vertreden,
Soo lange tot de scherpe doodt,
Sijn roofslot stoort en maelt tot assche,
Dan is de Ziel 't gevaer ontwassche,
En eeuwigh buyten alle noodt.

Goddelijck Antwoordt.
Luc. 17. vers 21.
Het Koninckrijcke Godts en komt niet met uyterlijck ge-
laet, noch men sal niet seggen, siet hier, ofte siet
daer
: want siet, het Koninckrijcke Godts is binnen u lie-
den
.

pb143thumb


Matth. 6. vers 10.
U Koninckrijcke kome. Uwen wille geschiede gelijck in den hemel [alsoo] oock op der aerde.

Op het XXXIII. Sinnebeeldt.
Van het Rijcke Godts.
Daer staet geschreven: Den Hemel is mijn troon ende
de Aerde mijn voetbanck. Wanneer des menschen
gemoedt Godts hemel ende stoel is, soo heeft Godt dat
vleesch in onderdanigheid, ende also is 't sijne voetbank.
Christus spreeckt:
Matth. 6. vers 33.
Maer soeckt eerst het Koninckrijcke
Godts, ende sijne gerechtigheyt, ende alle dese dingen sul-
len u toegeworpen worden.

Dat is, soeckt alleen warelijck Godt, die is alleen dat
ware eeuwige rijck, het welck in der waerheyt een ye-
gelijck dienaer Godts gegeven wordt. Ende om dit rijk
bid een yder mensch dagelijcx in zijn Vader ons, welck
gebedt soo overtreffelijk, edel, goed ende nut is, dat
ghy selver niet en weet wat ghy bidt. Godt is zijns selfs
rijck, en in dat rijck regeert hy in alle vernuftige creatu-
ren; also 't gene daer wy om bidden, is in der waerheyt
Godt selver met al zijne rijckdommen. In dat selve rijk
wordt Godt onsen Vader, en hier bewijst haer de vader-
lijcke trouw, en zijn vaderlijcke kracht, indien dat hy
warelijck plaetse in ons vind, om te wercken, zijn edel
werck, daer inne wordt warelijk de name Godts gehey-
ligt, groot gemaeckt, en bekent. Dit is zijn geheylight
werden in ons, dat hy ons warelijck beheerschen en re-
geeren mocht, en zijn edel werck wercken sonder alle
hindernisse; daer geschiedt dan sijnen wille in der aerde
als in den hemel, dat is, in ons, als in hem selven, in den
hemel die hy selver is.
Het rijcke Godts is bloot, louter Godt alleen, en niet
anders. Want so de aenkleverigheyt in de suyvere men-
schen al te samen afgeworpen wordt, daer geschiet dan
warelijck den wille Godts in der aerden, als in den He-

mel, alsoo als 't de Vader in eeuwigheyt gewilt heeft in
den hemel, dat is in sijnen Soon: Dat is, wanneer de
mensche alsoo staet, dat hy niet anders en meent, be-
geert, noch en wil, dan den wille Godts, soo wordt hy
selver Godts Ryck, en Godt regeert waerlyck in hem.
Daer sit dan de eeuwige Heere in sijnen Koninghlyken
Troon, en gebiedt en regeert gantschelyck den men-
sche na al sijnen wille. Dit edel Ryck is eygentlyck in
den allerbinnenste grondt des menschen.
Indien wy nu het Rycke Godts willen soecken en vin-
den, soo moeten wy ons selven en vreemde sorgen ver-
liesen, want Christus de Soone Godts heeft gesproken:
Marc. 8.
Die zijn Ziele verliest, die salse behouden.
Dit
geschiedt in een verloochenen zijns selfs, dat is, dat
de mensche hem selven te buyten ga, te gronde in al het
gene daer hy hem selven in vindt, en van binnen en van
buyten. Dat verleen ons Godt.

Back to top ↑

Sources and parallels


Back to top ↑

References, across this site, to this page:

No references to this emblem or page found.