Jan van Hoogstraten, Zegepraal der goddelyke liefde (1709)
Table of contents ↑'t Geeft een nieuw leven [8]
VIII.
't Geeft een nieuw leven.
Tetendit arcum suum, et posuit me
quasi signum ad sagittam.
quasi signum ad sagittam.
De Liefde mind haar Kruis.
Hy heeft zynen boge gespannen, en my gestelt als
het doelwit voor den pyl.
het doelwit voor den pyl.
VIII.
GEZANG.
Wyze: Wanneer men ziet de Geesten waren.
Of
De Schoone die 'k heb uitgelezen.
DAt 's doel: dat roert myn ingewanden,
Die pyl van Liefde treft myn hert.
Ontfang hier voor, tot liefdepanden
De zugten myner zielensmert:
Op dat ik aan uw kruis gebonden,
De schult voldoen mag myner zonden.
Uw pyl, die my ter wederzyden
Doornagelt heeft, verligt myn last.
Ik voel uw Kruis, ik kus uw lyden,
En houw my aan dat teyken vast
O Jesus ! hebt ge my geschoten?
Laat ik u volgen onverdroten.
'K voel in myn borst uw liefde dalen.
Die all' het aardse wraakt en schuwt:
Nog hel nog doot zal ze agterhalen,
Nu haar een Englewagt bestuwt.
O Liefdepyl my toegedreven,
Gy dood myn zonde, en schenkt my 't leven.
Dryf vry ô Liefde! uw pyl my door de ribben heen,
Op dat ik uwe vlam gevoel door vlees en been.
Wyze: Wanneer men ziet de Geesten waren.
Of
De Schoone die 'k heb uitgelezen.
DAt 's doel: dat roert myn ingewanden,
Die pyl van Liefde treft myn hert.
Ontfang hier voor, tot liefdepanden
De zugten myner zielensmert:
Op dat ik aan uw kruis gebonden,
De schult voldoen mag myner zonden.
Uw pyl, die my ter wederzyden
Doornagelt heeft, verligt myn last.
Ik voel uw Kruis, ik kus uw lyden,
En houw my aan dat teyken vast
O Jesus ! hebt ge my geschoten?
Laat ik u volgen onverdroten.
'K voel in myn borst uw liefde dalen.
Die all' het aardse wraakt en schuwt:
Nog hel nog doot zal ze agterhalen,
Nu haar een Englewagt bestuwt.
O Liefdepyl my toegedreven,
Gy dood myn zonde, en schenkt my 't leven.
Dryf vry ô Liefde! uw pyl my door de ribben heen,
Op dat ik uwe vlam gevoel door vlees en been.
TOEPASSING.
O Kruis, ô Diamanteschild!
Gewisse leydstar voor de zinnen!
Waar op de hel haar kragten spild,
In u is 't eewig overwinnen.
Prent JESUS lyden in myn ziel,
Die van des werrelts list betoovert,
Van zyne liefde dwaas verviel,
Die 't eewig heyl ons heeft verovert.
O liefde! uw pyl hier toe bereyd,
Wyst my den weg ter zaligheyt.
O Kruis, ô Diamanteschild!
Gewisse leydstar voor de zinnen!
Waar op de hel haar kragten spild,
In u is 't eewig overwinnen.
Prent JESUS lyden in myn ziel,
Die van des werrelts list betoovert,
Van zyne liefde dwaas verviel,
Die 't eewig heyl ons heeft verovert.
O liefde! uw pyl hier toe bereyd,
Wyst my den weg ter zaligheyt.
Sources and parallels
- Parallel for the pictura (some different facial expressions, no background landscape and no inscription tablet on the cross) and the same Latin bible quote in: Vulnus amoris. [22] (in: anonymous, Amoris divini et humani antipathia (1628)) [Compare]
- Parallel (and source) for the pictura, the same Latin bible quote and French epigram in: Vulnus Amoris [62] (in: Ludovicus van Leuven, Amoris divini et humani antipathia (1629)) [Compare]
References, across this site, to this page:
- Vulnus amoris. [22] (in: anonymous, Amoris divini et humani antipathia (1628))
- Vulnus Amoris [62] (in: Ludovicus van Leuven, Amoris divini et humani antipathia (1629))