Jan Suderman, De godlievende ziel (1724)
Table of contents ↑Concupivit anima mea desiderare justificationes tuas [16]
XVI.
IK houde me aen de wet
Met een verbroken harte
Verlangende en vol smarte.
Wie hindert mynen tredt?
Weg valsche liefde, al zyt gy snel gevleugelt,
Niets hebt ge aen my, die lang u heb beteugelt,
En bande uit myn gemoet.
Ik kenne uw looze streken,
O broeinest der gebreken,
Ik kenne uw bitter zoet.
Ik zwere u af. 'k zal nooit u weer beminnen.
Gy dient het vleesch, de weerelt, en de zinnen.
Laet af, verdwaelde gast,
Uw boog zal my niet schaden.
Uw streelen is verraden,
Uw lust maer enkle last:
Een hooger lust heeft lang myn hart bezeten,
Ik spiegele in Godts wetten myn geweten.
Ik spiegele in het licht
Der onbesmette stralen,
Die in myn Bruigom pralen,
Myn teer verlieft gezicht.
O Jezus, red myn ziel uit deze handen!
Zoo worde ik eens ontslagen van myn banden.
Met een verbroken harte
Verlangende en vol smarte.
Wie hindert mynen tredt?
Weg valsche liefde, al zyt gy snel gevleugelt,
Niets hebt ge aen my, die lang u heb beteugelt,
En bande uit myn gemoet.
Ik kenne uw looze streken,
O broeinest der gebreken,
Ik kenne uw bitter zoet.
Ik zwere u af. 'k zal nooit u weer beminnen.
Gy dient het vleesch, de weerelt, en de zinnen.
Laet af, verdwaelde gast,
Uw boog zal my niet schaden.
Uw streelen is verraden,
Uw lust maer enkle last:
Een hooger lust heeft lang myn hart bezeten,
Ik spiegele in Godts wetten myn geweten.
Ik spiegele in het licht
Der onbesmette stralen,
Die in myn Bruigom pralen,
Myn teer verlieft gezicht.
O Jezus, red myn ziel uit deze handen!
Zoo worde ik eens ontslagen van myn banden.
Sources and parallels
- Remake of image, not mirrored, in: Concupivit anima mea desiderare justificationes tuas [16] (in: Justus de Harduwijn, Goddelycke wenschen (1629)) [Compare]
- Compare Quarles, Emblems, divine and moral, embl. 4.1
References, across this site, to this page:
- Concupivit anima mea desiderare justificationes tuas [16] (in: Justus de Harduwijn, Goddelycke wenschen (1629))